Met whole genome sequencing (WGS) lezen we het volledige DNA van tumorcellen uit. Medewerkers van het Laboratorium voor kinderoncologie halen eerst het DNA met speciale technieken uit de cellen. Vervolgens zetten geavanceerde apparaten de genetische informatie om in een diagnose. Op basis van deze diagnose wordt de behandeling bepaald die het beste bij het kind past.
Eerder werd hiervoor alleen het deel van het DNA dat codeert voor eiwitten—slechts 2 procent van het hele DNA - gebruikt. Dankzij de overstap naar whole genome sequencing ontstaat nu een veel completer en preciezer beeld van de tumor. Dat helpt om behandelingen steeds beter op maat af te stemmen voor elk kind.
Bij whole genome sequencing (WGS) lezen we het volledige DNA van de tumorcellen uit. Zo stellen we de exacte diagnose en bepalen we de behandeling die het beste bij het kind past. We halen de tumorcellen uit bloed dat we tijdens een reguliere bloedafname afnemen en/of uit een biopt dat we tijdens een ingreep onder narcose verkrijgen. Bij sommige kinderen voeren we deze ingreep alleen uit om de juiste diagnose te kunnen stellen.
Nee. DNA-gegevens verkregen uit het uitlezen van tumorcellen zal in de eerste plaats worden gebruikt door artsen op de zorgafdeling om de exacte diagnose vast te stellen en, waar mogelijk, behandeling op maat te bieden. Als de ouders en/of het kind toestemming geven, zal overgebleven tumorweefsel worden opgeslagen in de biobank van het Máxima en kunnen whole genome equencing gegevens worden gebruikt voor onderzoeksdoeleinden.
Als wetenschappelijk onderzoeksinstituut vraagt het Prinses Máxima Centrum voorafgaand aan de behandeling altijd expliciet toestemming aan (ouders van) kinderen voor het gebruik van lichaamsmateriaal en gegevens voor wetenschappelijk onderzoek. (Ouders van) Kinderen kunnen deze toestemming voor toekomstig gebruik van opgeslagen lichaamsmateriaal en gegevens voor wetenschappelijk onderzoek te allen tijde intrekken.
In het kader van wetenschappelijk onderzoek werken onderzoekers van verschillende instituten nauw samen. Ze doen dit om kennis en vaardigheden samen te brengen en hun onderzoek sneller en beter uit te voeren. Hierdoor heeft de wetenschappelijke gemeenschap de stappen kunnen maken die ze tot nu toe hebben gemaakt.
Met dat doel deelt het Prinses Máxima Centrum al gegevens van kinderen met onderzoekers buiten het Máxima. Het gebruik en delen van gegevens wordt alleen toegestaan als aan de volgende criteria is voldaan: 1) er is toestemming gegeven door (ouders van) kinderen voor gebruik van gegevens voor onderzoeksdoeleinden; 2) er is een onderzoeksvoorstel ingediend bij en goedgekeurd door de Biobank en Data Access Commissie (BDAC) van het Máxima, een onafhankelijke commissie die verantwoordelijk is voor de beoordeling van onderzoeksaanvragen; 3) gegevens worden gedeeld via een streng beveiligde omgeving.
Om de privacy, bescherming en integriteit van de patiëntgegevens te waarborgen, versleutelt het Prinses Máxima Centrum de verzamelde DNA-gegevens en slaat deze op met passende technische en organisatorische maatregelen op een beveiligingsniveau dat past bij het risico.
Technisch is het achterhalen van DNA-gegevens bovendien alleen mogelijk met behulp van grootschalige rekenkracht en in combinatie met toegang tot databases waarbinnen een koppeling is gemaakt met deze DNA-gegevens en andere identificeerbare gegevens (zoals naam/adres). Het verwerken van DNA voor onderzoek bij het Máxima is aan strikte voorwaarden gebonden en de privacywetgeving (GDPR) verbiedt het gebruik van bijzondere categorie persoonsgegevens (waaronder DNA-gegevens) als niet aan specifieke voorwaarden, zoals uitdrukkelijke toestemming, is voldaan.