Deze website maakt gebruik van cookies. We gebruiken cookies om instellingen te onthouden en je bezoek soepeler te laten verlopen. Daarnaast gebruiken we ook cookies voor de verbetering van de website en het verzamelen en analyseren van statistieken. Lees meer over cookies

Medema groep

Veel vormen van kanker worden gekenmerkt door defecten in de processen die ons DNA bewaken en doorgeven. Bovendien werkt een groot deel van de gangbare chemotherapieën – die ook worden ingezet bij de behandeling van kinderkanker – door schade aan het DNA te veroorzaken of fouten in de celdeling op te wekken. Het overkoepelende doel van de Medema groep is om de mechanismen achter de controle van het genoom tijdens de celdeling te ontrafelen. Inzicht in de (dys)functie van de signaalroutes die de stabiliteit van het genoom bewaken en/of reageren op verstoringen van die stabiliteit (zoals die kunnen ontstaan door een specifieke behandeling), is van groot belang om te begrijpen hoe cellen op deze medicijnen reageren en uiteindelijk om unieke, gepersonaliseerde behandelingen mogelijk te maken.
Onderzoekgroepsleider: Prof. dr. René Medema
‘Oorzaken en gevolgen van extrachromosomaal DNA bij kinderkanker’

Het activeren van oncogenen – genen die kanker kunnen veroorzaken – is een kenmerkend onderdeel van het ontstaan van kanker. Bij verschillende vormen van kanker, waaronder meerdere soorten kinderkanker, gebeurt die activatie door vermenigvuldiging van deze genen op extrachromosomaal DNA (ecDNA). Wij zijn geïnteresseerd in zowel de oorzaken als de gevolgen van ecDNA: hoe ontstaat dit DNA, welke factoren zijn nodig om ecDNA in stand te houden, en zijn er specifieke kwetsbaarheden verbonden aan de aanwezigheid van ecDNA?

“Om op mechanistisch niveau te begrijpen hoe routes voor het behoud van het genoom zorgen voor een nauwkeurige celdeling, en tegelijkertijd de oorzaken en gevolgen van verstoorde genoomcontrole bij kanker te onthullen.' Prof. dr. René Medema - Groepsleider
Prof. dr. René Medema
Functionele genetica van DNA-reparatieroutes

Een belangrijk onderdeel van chemotherapeutische behandelingen tegen kanker is het gebruik van middelen die schade toebrengen aan het DNA (zoals cytostatica). Deze medicijnen worden vaak ingezet bij de behandeling van verschillende vormen van kinderkanker. Als reactie op DNA-schade activeren cellen geavanceerde reparatiemechanismen om de opgelopen schade te herstellen. Met behulp van genetische screening op genoomschaal in combinatie met geavanceerde technieken uit de cellulaire en moleculaire biologie, willen we gedetailleerd mechanistisch inzicht verkrijgen in hoe DNA-schade wordt herkend en gerepareerd. Op deze manier streven we ernaar om uitgebreide genetische netwerken te genereren rondom DNA-reparatiemechanismen, die ons kunnen helpen om de effectiviteit van DNA-schadetoebrengende cytostatica bij kinderkanker beter te voorspellen en mogelijk te verbeteren.

Kiemlijn-genen, genoombehoud en kanker

De kiemlijn is verantwoordelijk voor de productie van sterk gespecialiseerde voortplantingscellen – zaadcellen en eicellen – die seksuele voortplanting mogelijk maken. De vorming van deze unieke cellen vereist ingrijpende aanpassingen aan het programma voor celdeling dat normaal gesproken zorgt voor de deling van gewone lichaamscellen. Deze aanpassingen worden aangedreven door de werking van honderden kiemlijn-specifieke eiwitten. De expressie van deze genen is normaal gesproken – zoals verwacht – beperkt tot cellen in de kiemlijn, maar veel vormen van kanker activeren ten onrechte een selectie van deze kiemlijn-specifieke factoren opnieuw. De genen die zich op deze manier gedragen worden gezamenlijk aangeduid als ‘Cancer Testis antigenen (CTAs)’ of ‘Germ Cell Cancer Genes (GCCGs)’. Wij zijn geïnteresseerd in het bestuderen van deze genen in kanker, om te begrijpen:

  • hoe zij bijdragen aan pathologisch gedrag in (kinder)kanker; en om
  • te achterhalen of hun foutieve aanwezigheid leidt tot specifieke kwetsbaarheden van cellen die benut kunnen worden in gerichte behandelstrategieën.

Op dit moment richten we ons op een geselecteerde groep CTAs/GCCGs die specifiek invloed uitoefenen op routes voor genoombehoud die cruciaal zijn voor genoomcontrole, en we willen dit onderzoek uitbreiden met een specifieke focus op genen die abnormaal opnieuw geactiveerd worden in kinderkanker.

Medema-groep