Elk jaar wordt bij zo’n 180 kinderen een hersentumor vastgesteld. Ongeveer de helft van deze kinderen heeft een tumor die moeilijk te behandelen is. Voor hen is genezing niet of nauwelijks mogelijk. Marcel Kool, onderzoeksgroepsleider in het Prinses Máxima Centrum: ‘Er zijn heel veel verschillende soorten hersentumoren bij kinderen, veel meer dan bij volwassenen. Bij alle soorten gaat het maar om kleine of zelfs heel kleine aantallen. De grote uitdaging is dus om voor al deze typen tumoren effectieve behandelingen te vinden.’
Nieuwe soorten hersentumoren
In zijn onderzoek heeft Kool de laatste jaren een completer inzicht gekregen van de verschillende soorten hersentumoren die er zijn bij kinderen. ‘Dit heeft geleid tot een veel betere classificatie en stratificatie – een indeling op basis van moleculaire en genetische verschillen. En op basis van hoe goed de tumor op een bepaalde behandeling reageert, ook wel precisiegeneeskunde genoemd. Daarin hebben we voor de meeste soorten hersentumoren bij kinderen voortgang geboekt. En nog altijd vinden we nieuwe zeldzame hersentumoren die niet eerder herkend werden als aparte variant.’
Marcel Kool begon zijn carrière aan de Landbouwuniversiteit in Wageningen, waar hij promoveerde op het gebied van virussen bij insecten. Het medische veld trok hem meer, dus hij maakte de stap naar het Nederlands Kanker Instituut. Kool kwam voor het eerst in aanraking met kinderkanker in het Academisch Medisch Centrum (AMC), waar hij zich als onderzoeksgroepsleider richtte op genetische veranderingen in onder andere hersentumoren. In 2011 verhuisde hij naar Heidelberg in Duitsland, om in het German Cancer Research Center DKFZ en later ook in het Hopp-KiTZ kindertumorcentrum onderzoek te doen naar hersentumoren bij kinderen. Sinds 2019 verdeelt hij zijn tijd tussen het Hopp-KiTZ en het Prinses Máxima Centrum. In het Máxima leidt hij een tweede onderzoeksgroep met dezelfde focus. Ook speelt Kool een belangrijke rol in het twinning program tussen de beide instituten.
Van biologie naar doelwit
Met het onderzoek in zijn groepen in Heidelberg en het Máxima hoopt Kool een beter inzicht te krijgen in met name de embryonale hersentumoren zoals medulloblastomen en ATRTs, maar bijvoorbeeld ook in ependymomen en andere, meer recent ontdekte soorten hersentumoren. ‘We kijken naar moleculaire veranderingen in de tumoren, en naar genetica en epigenetica: verschillen in het DNA en de controle ervan. Zo krijgen we een goed beeld van mogelijke doelwitten voor medicijnen.’
Voor onderzoek naar de biologie van kinderhersentumoren en het vinden van nieuwe en betere behandelingen zijn veel en goede modellen in het lab nodig, vertelt Kool. ‘Met een grote internationale groep collega’s werken we aan zulke modellen. Bijvoorbeeld organoïden, een soort 3D-minitumoren die we in het lab kunnen kweken, en muismodellen waarin we weefsel van kinderen met een hersentumor kunnen bestuderen. Zo proberen we de vele zeldzame soorten hersentumoren zo goed mogelijk na te bootsen in het lab. Vervolgens kunnen we die modellen gebruiken om te testen of veelbelovende doelgerichte medicijnen inderdaad goed werken, en welke tumoren op het medicijn reageren. Zo kunnen we voor elke soort hersentumor de meest effectieve behandeling selecteren.’
Met zijn hoogleraarschap wil Kool het onderzoek naar kinderhersentumoren bij het Máxima, in samenwerking met het UMC Utrecht en het Hopp-KiTZ, internationaal nog beter op de kaart zetten. ‘Samen kunnen we ervoor zorgen dat kennis uit het lab sneller vertaald wordt naar klinische studies, zodat we specifieke medicijnen of combinaties daarvan kunnen geven aan de kinderen die er het meeste baat bij hebben.’
Op alle vlakken beter
Voor kinderen met een hooggradige hersentumor is de overlevingskans klein. Maar ook voor kinderen bij wie de behandeling wél werkt, is Kool op zoek naar verbetering. ‘Een groot deel van de huidige behandelingen richten veel schade aan in normaal weefsel. Daardoor houden kinderen die hun hersentumor overleven vaak hun leven lang last van ernstige bijwerkingen. En bij kinderen wiens tumor na behandeling terugkeert, is bijna elke behandeling die we nu geven ineffectief. Op alle vlakken moet de behandeling voor kinderhersentumoren dus veel beter.’
Ten opzichte van andere soorten kinderkanker hebben kinderen met hersentumoren een slechtere uitkomst. Toch ziet Kool dat er in zijn loopbaan al veel is veranderd, ook dankzij bijdragen van zijn eigen onderzoeksgroepen. ‘Nu is het zaak om het verkregen inzicht in de biologie ook te vertalen naar betere en mindere schadelijke behandelingen.’
Prof. dr. Marcel Kool is per 15 juli 2023 aangesteld als hoogleraar Hersentumoren bij kinderen – Bench to bed to bench aan de Faculteit Geneeskunde van de Universiteit Utrecht. Zijn onderzoek is een samenwerking tussen het Prinses Máxima Centrum en de speerpunten Brain en Cancer van het UMC Utrecht. De oratie van prof. dr. Kool zal op een later moment plaatsvinden.