In zijn onderzoek aan het VUmc – in het laboratorium van dr. Esther Hulleman - is Hans met zijn team betrokken geweest bij de ontwikkeling van de eerste generatie laboratorium- en proefdiermodellen van deze ziekte, die het onderzoek ernaar mogelijk hebben gemaakt. Door middel van deze modellen hebben zij een eigenschap van DIPG-cellen ontdekt die ervoor zorgt dat deze tumorcellen zeer resistent voor behandeling zijn, de zogenaamde mesenchymale transitie.
Door twee bij deze transitie betrokken eiwitten te remmen –AXL en HDAC- konden zij de DIPG cellen selectief doden en gevoeliger voor andere therapieën maken. Zij vonden twee medicijnen, bemcentinib en panobinostat, die deze eiwitten effectief in de hersenen van muizen met DIPG konden remmen, waardoor de tumoren in deze muizen kleiner werden en de muizen langer overleefden.
Momenteel werkt het team in het Prinses Máxima Centrum verder aan de verfijning van deze therapie, en de mogelijkheid om deze te combineren met immuuntherapie en bestraling. Daarnaast hopen de onderzoekers op korte termijn een klinisch onderzoek te kunnen starten naar de effecten van deze behandeling in kinderen met DIPG. Dit onderzoek wordt mede mogelijk gemaakt door een ruimhartige gift van de Stichting Semmy.