“Bij optimale zorg gaat het om welke geneesmiddel werkt tegen de ziekte”, legt Kremer uit, “maar daarnaast moet je ook kijken waar de individuele patiënt zich het best bij voelt en wat hij of zij wil. Dat bevordert de uitkomst. En dat zul je echt aan het kind of aan de ouders zelf moeten vragen. Dan zijn er natuurlijk ook nog de zorgkosten, die de pan uit rijzen, waar je rekening mee moet houden, maar ook de werkdruk van de zorgverleners.”
Kortom, er zijn zoveel aspecten cruciaal in het samenstellen van een optimale behandeling, dat de arts dat niet alleen kan. Daarom pleit Kremer voor het werken in creatieve netwerken. Dit houdt in dat artsen en patiënten, maar ook bijvoorbeeld onderzoekers, zorgverzekeraars en psychologen, samen om de tafel gaan zitten om de beste behandeling voor een individueel kind samen te stellen. Dit kan rondom een kind of groepen van kinderen, zoals in richtlijnen.
“In de inrichting van het Prinses Máxima Centrum zie je dit goed terug, van kind tot fysiotherapeut, iedereen heeft erover meegedacht”, zegt Kremer “en ook in de manier van werken op de vloer. Het kind en de ouders staan altijd centraal.” Naast haar werk in het Prinses Máxima Centrum, werkt de hoogleraar gepaste zorg in de kindergeneeskunde in het Emma Kinderziekenhuis in Amsterdam. “Wat ik leer in de kinderoncologie neem ik mee in de kindergeneeskunde, en wat ik leer bij kindergeneeskunde kan ik weer toepassen bij de kinderoncologie.”