Deze website maakt gebruik van cookies. We gebruiken cookies om instellingen te onthouden en je bezoek soepeler te laten verlopen. Daarnaast gebruiken we ook cookies voor de verbetering van de website en het verzamelen en analyseren van statistieken. Lees meer over cookies

Den Boer groep

Leukemie ontstaat door veranderingen in het DNA. Dit gebeurt alleen in de leukemiecellen en niet in de gezonde cellen. Ons onderzoek richt zich op het vinden van de afwijkingen in het DNA die ervoor zorgen dat de leukemiecel gaat delen en woekeren terwijl dit niet bij de gezonde cellen gebeurt.
Groepsleider: Prof.dr. Monique L. den Boer

 

"Leukemie kun je niet voorkomen, dus moeten we de leukemie cellen bij hun Achilles' hiel grijpen." Prof.dr. Monique den Boer - Groepsleider

Ons aandachtspunt is voorloper B-cel acute leukemie, de meest voorkomende vorm van acute leukemie bij kinderen die jaarlijks bij zo’n 100-120 kinderen wordt geconstateerd in Nederland. De prognose voor deze groep patiënten is zeer goed, maar de 2-3 jaar durende therapie gaat gepaard met veel bijwerkingen zowel op korte termijn als later als volwassen ‘survivor’ van kinderleukemie. Ons onderzoek richt zich daarom op het vinden van betere aangrijpingspunten voor de behandeling, zowel door het verfijnen van de kennis over hoeveel therapie een patiënt moet krijgen en door het opsporen van betere doelwitten waar de therapie zich tegen kan richten (‘targeted therapy’ genoemd).

Om deze doelen te bereiken omvat ons onderzoek meerdere stappen: allereerst worden de genetische afwijkingen opgespoord in de leukemiecellen van patiënten, vervolgens wordt onderzocht hoe deze genetische afwijkingen het gedrag van leukemiecellen bepalen en of dit een ‘Achilles hiel’ kan zijn om de leukemiecellen gericht te kunnen doden en de gezonde cellen ongemoeid te laten. Behalve chemotherapie, spelen de zogenaamde immunotherapieën een steeds belangrijkere rol in de behandeling van kinderleukemie. Hierbij worden de afweercellen (immuuncellen) van de patiënt geactiveerd om de leukemiecellen op te ruimen. Onze groep heeft ontdekt dat leukemiecellen het micromilieu in het beenmerg (de plek waar leukemie ontstaat) manipuleren ten gunste van zichzelf. Door deze manipulatie kunnen leukemiecellen ongevoeliger worden voor de chemo-medicijnen, maar helaas geldt dit ook voor de veel doelgerichtere immunotherapieën. Ons onderzoek richt dan ook vooral op het doorgronden van de factoren die leiden tot het verstoorde micromilieu en de rol van de genetische afwijkingen in de leukemiecellen hierin. Ook zijn we geïnteresseerd om met onze kennis een test te ontwikkelen waarmee we kunnen voorspellen welke patiënten onvoldoende op immunotherapie zouden kunnen reageren en hoe we dit bij voorbaat zouden kunnen omzeilen.

Met dit onderzoek hopen we betere criteria voor de diagnose en behandeling van kinderleukemie te ontwikkelen en de keuze en gebruik van chemo-medicijnen en immunotherapieën hierop af te stemmen.

Den Boer groep