De jaarlijkse ASH-conferentie is een van de grootste en belangrijkste congressen binnen de hematologie. Duizenden vakgenoten komen van 10 tot 13 december samen om de laatste wetenschappelijke ontwikkelingen te delen. Dit jaar presenteren Prof. dr. Rob Pieters, medisch directeur en kinderoncoloog en Demi de Winter, arts-onderzoeker, hun bevindingen plenair voor het grote publiek. Ruim 15 onderzoekers van het Máxima presenteren hun werk met behulp van een poster. Drie Máxima-onderzoekers hebben hiervoor vanuit een jury bestaand uit vakgenoten een ASH Abstract Achievement Award toegekend gekregen. Onderzoeker Nienke van Engelen presenteert een van de door haar onderzochte casussen tijdens een workshop.
ASH Abstract Achievement Awards
Waarom keert leukemie terug, gepersonaliseerde therapie voor een agressieve leukemievorm bij baby’s en het meten van botdichtheid en -breuken bij kinderen die genezen zijn van leukemie; het onderzoek van de drie winnaars van een ASH award laat de breedte van het onderzoek in het Máxima zien.
Eline Bertrums, arts-onderzoeker in de van Boxtel groep, won een award voor haar poster over preklinisch onderzoek naar acute myeloïde leukemie (AML), een vorm van bloedkanker die jaarlijks bij 25 kinderen in Nederland wordt vastgesteld. Ze vertelt over het onderzoek dat ze via haar poster deelde: ‘Ondanks dat steeds meer kinderen genezen van AML keert de ziekte bij ongeveer 30% van de kinderen terug. Door het DNA van de leukemiecellen van kinderen die in het Máxima worden behandeld uit te lezen, we noemen dit ook wel sequencen, wil ik beter begrijpen hoe AML ontstaat. We bestuderen veranderingen in het DNA, ook wel mutaties genoemd, van de leukemiecellen en verschillende ‘gezonde’ bloedcellen. Zo proberen we erachter te komen welke processen deze mutaties veroorzaken, en of deze anders zijn in verschillende vormen van AML. Als we deze oorzaken beter begrijpen, kunnen we hopelijk in de toekomst bijdragen aan betere diagnostiek en behandeling van AML.’
Trisha Tee, PhD student in de van Leeuwen groep, onderzoekt hoe de overlevingskans van kinderen jonger dan één jaar met acute lymfatische leukemie (ALL) vergroot kan worden. Trisha Tee vertelt: ‘Alhoewel het merendeel van kinderen met ALL geneest, zijn de vooruitzichten voor kinderen jonger dan één jaar slecht. Driekwart van deze baby’s heeft afwijkingen in het MLL-gen. Ik heb een potentiële metabole therapie gevonden die, in combinatie met bestaande behandelingen, deze agressieve vorm van kanker tegengaat. Ik vind deze award een heel mooie erkenning van al het harde werk vanuit ons team en hoop daarnaast dat het ook de interesse van vakgenoten voor de potentie van metabole therapieën via voeding verder aanwakkert.’
Demi de Winter, arts-onderzoeker in de van den Heuvel-Eibrink groep, ontvangt tijdens de ASH een tweede award voor het onderzoek dat zij samen met haar collega Jenneke van Atteveld uitvoerde. Demi vertelt: ‘Kinderen die genezen zijn van (bloed)kanker hebben een aanzienlijk verhoogd risico op het ontwikkelen van botbreuken. Hier blijkt een verminderde botdichtheid, en dan met name van de wervels in de onderrug, aan gekoppeld te zijn. We hebben verschillende risicofactoren gevonden die van invloed zijn op het ontwikkelen van verminderde botdichtheid en botbreuken, zoals hormonale en, vitamine D, vitamine B12 en foliumzuur tekorten. Deze tekorten kunnen met supplementen aangevuld worden waardoor we mogelijk de kwaliteit van leven van deze survivors kunnen verbeteren.’
ASH Workshop
Naast tal van presentaties kunnen ASH-bezoekers ook deelnemen aan workshops om zo hun kennis te verbreden en in kleiner gezelschap met elkaar te discussiëren. Nienke van Engelen, PhD student in de Kuiper groep, is een van de sprekers tijdens een workshop over de genetische aanleg voor leukemie en beenmergfalen. Ze vertelt: ‘Mijn onderzoek richt zich op het vinden van nieuwe genen in het DNA die gekoppeld zijn aan een genetische aanleg voor leukemie. Dit doe ik door het DNA te analyseren van kinderen met leukemie bij wie een vermoeden van genetische aanleg speelt. Als we zo’n tot nog toe onbekend gen vinden kunnen we dit bijvoorbeeld gebruiken bij het screenen en vroegtijdig opsporen van de aanleg voor leukemie bij bijvoorbeeld familieleden van het kind.’
Vanwege de kleinere opzet is er tijdens de workshop ruimte voor interactie. Nienke van Engelen kijkt ernaar uit: ‘Deelname aan deze workshop is een mooie kans om het gesprek aan te gaan met vakgenoten. Dit is niet alleen erg leerzaam, maar ook een mooie kans om mijn wetenschappelijke netwerk verder uit te breiden. Dankzij kennisdeling en samenwerking brengen we zo het onderzoek naar kinderkanker verder.’